Moeder Jeanne van Kasbergen met een portret van haar overleden zoon.
© Guus Dubbelman / de Volkskrant
publicatie 3 februari 2017, herpublicatie 23 maart 2017 door SIN-NL
Inspectie verwijt longarts nalatigheid na overlijden kortademige hockeyer
De inspectie voor de gezondheidszorg verwijt een longarts van het Tergooi Ziekenhuis in Hilversum dat hij de behandeling van de kortademig binnengekomen 21-jarige Rogier Mooij in 2014 volledig heeft overgelaten aan een onervaren arts-assistent. De voormalig tophockeyer overleed na ruim een halve dag in het ziekenhuis.
Commissie
Het Tergooiziekenhuis is op een aantal punten tekortgeschoten bij de behandeling van de 21-jarige tophockeyer Rogier Mooij, die daar in 2014 onverwacht overleed. Dat concludeerde eind vorig jaar een onafhankelijke commissie. Ook zijn achteraf fouten gemaakt bij de communicatie over de zaak.
De inspectie spande een tuchtzaak aan tegen de longarts. De grote vraag op de zitting vrijdag is hoeveel verantwoordelijkheid een arts-assistent kan dragen voor patiënten op de eerste hulp van een ziekenhuis. Het is gangbaar dat de zorg op deze afdelingen grotendeels in handen is van artsen die nog in opleiding zijn. ‘Anders zou de zorg te duur worden’, stelt de voorzitter van het tuchtcollege vast.
Er is altijd een medisch specialist als hoofdbehandelaar eindverantwoordelijk voor de behandeling. In het geval van Rogier Mooij was die hoofdbehandelaar een longarts. Deze specialist heeft de zieke jongeman in het geheel niet gezien. De inspectie verwijt hem nalatigheid en wil daarom dat de tuchtrechter hem een maatregel oplegt.
De principiële vraag, die volgens de tuchtrechter verder strekt dan deze zaak alleen, is in hoeverre de hoofdbehandelaar alles moet controleren in het medisch dossier en of die zich dient te bemoeien met de overdracht van informatie over patiënten. Is de hoofdbehandelaar ook verantwoordelijk als daarin door collega’s fouten worden gemaakt, zoals in deze zaak? ‘Bij wie leg je het op zijn bordje?’, vraagt de voorzitter van het tuchtcollege zich af.
Onduidelijke diagnose
Reconstructie
De Volkskrant schreef eerder een reconstructie van de dood van de 21-jarige Rogier Mooij:
Overleden in een stuntelend ziekenhuis.
Rogier Mooij meldde zich in november 2014 op 21-jarige leeftijd op de eerste hulp van het Tergooi Ziekenhuis op de locatie Blaricum met pijn op zijn borst, kortademigheid en een extreem lage bloeddruk. In eerste instantie was er het vermoeden van een klaplong. Hoewel deze diagnose al snel door longfoto’s werd ontkracht, is niet direct onderzocht wat de jongen wel mankeerde. Na enkele uren werd Mooij per ambulance overgebracht naar de locatie van het Tergooi Ziekenhuis in Hilversum. Hij werd daar opgenomen voor verder onderzoek de volgende dag. Diezelfde nacht overleed hij in het ziekenhuis. Achteraf is vast komen te staan dat hij is overleden aan een ontstoken hartzakje.
Volgens de inspectie had de verantwoordelijk longarts op basis van de informatie van de arts-assistent zelf poolshoogte moeten nemen of anders een ervaren collega langs moeten sturen. ‘Als een patiënt zich met dit klachtenpatroon meldt, met zo’n onduidelijke diagnose, moet je je achter de oren krabben of een arts-assistent wel capabel genoeg is om ziektebeelden te herkennen.’
Non-actief
Je zit gewoon te liegen hier. Ik kan hier niet meer tegen.
Zwijgcontract
De moeder van het overleden slachtoffer tekende een zwijgcontract: ‘Het tekenen van een zwijgcontract vreet aan je’
Hoogleraar interne geneeskunde Mark Kramer van het VU medisch centrum, opgeroepen als getuige-deskundige, schaart zich achter dat standpunt. ‘Er hadden striktere afspraken gemaakt moeten worden om deze jonge dokter niet te laten zwemmen.
‘ Bovendien was door de lage hartslag volgens Kramer volstrekt duidelijk dat de patiënt ‘in shock’ was. ‘Ik had hem aan de bewaking gelegd.’
De aangeklaagde longarts heeft zelf Piet Postmus als getuige-deskundige opgeroepen.
Postmus was hoogleraar longziekten aan het VUmc tot hij in 2014 op non-actief werd gezet wegens het naar buiten brengen van misstanden binnen dat ziekenhuis. Volgens Postmus valt de longarts weinig te verwijten, omdat er geen signalen waren van een acute situatie.
‘Medisch inhoudelijk heb ik bij Rogier Mooij niet aan een shock gedacht’, zegt de longarts zelf. ‘Van iemand die in shock is verwacht je niet dat die zelf naar de eerste hulp kan komen lopen.’
Dan wordt het de moeder van Mooij teveel. ‘Dat zijn leugens, ik heb hem erheen gebracht’, roept ze door de zaal. ‘Je zit gewoon te liegen hier. Ik kan hier niet meer tegen.’
Ze staat op en beent de zaal uit.
Ze hoort niet meer hoe de longarts aangedaan het laatste woord voert. ‘Als arts en als ook vader besef je heel goed dat het overlijden van je kind het ergste is wat je kan overkomen. Ik heb er veel slapeloze nachten van gehad. Je twijfelt of je überhaupt nog wel een goede dokter bent.’
Het tuchtcollege doet op 21 maart 2017 uitspraak.
The post Tuchtzaak longarts Tergooiziekenhuis: Prof Kramer VUMC Rogier had te lage hartslag, was in shock appeared first on SIN-NL.